QA Spijsverteringskanaal en metabolisme > QA07 Antidiarrhoica, anti-inflammatoire middelen en anti-infectiva > QA07C Electrolyten, rehydratie

QA07C Electrolyten, rehydratie
In geval van een hevige secretoire diarree (veroorzaakt door bijvoorbeeld rotavirus of door bacteriĆ«le toxinen van Salmonella of E. coli), kan door de verhoogde uitscheiding (verlies) van Na+, K+, Cl- en water een algemene dehydratie ontstaan, die gepaard gaat met metabole acidose, hypoglycemie en een verhoogde hematocriet. De meest belangrijke therapeutische maatregel (ondanks het gebruik van antibiotica bij bacteriĆ«le infecties) is het herstellen van de vloeistofhuishouding. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een glucose-electrolyten-drinkoplossing die voor alle diersoorten commercieel verkrijgbaar is, indien nodig vooraf gegaan door een infuus.
Een belangrijke rol bij deze rehydratiemaatregelen speelt glucose: dit bevordert de reabsorptie van Na+-ionen uit het darmlumen waardoor ook de terugresorptie van water bevorderd wordt. Na orale (en niet na intra-peritoneale) toediening verschuift glucose het evenwicht tussen secretie en resorptie van water in de richting van (terug)resorptie.  Substitutievloeistoffen moe-ten daarom altijd glucose bevatten, een additionele toediening van aminozuren kan het glucose-effect nauwelijks verbeteren.

Voor alle producten in deze klasse, klik hier.